donderdag 24 april 2014

April 2014: Veulentje geboren

Aan het eind van de straat, achter wat eens de kroeg was, hebben Éva en Georg een stal met schapen en ezels.
Ezels zijn de grote liefde van Éva (na Georg mag ik hopen) en ze beschouwt ze alle 17(!) als  familie. Bij de stallen hebben ze een grote woonkeuken en ze zijn hier bijna alle dagen.
Ik was er al eens eerder geweest toen ik met Jim over de wei kwam. Éva was met de ezels bezig en begon een praatje. 
Eva en haar familie

Etenstijd




Ze wil heel graag haar Engels oefenen en ik mijn Hongaars, dus dat past mooi!
Éva heeft me wel aangestoken met het ezelvirus, ik heb afgelopen winter veel ezels getekend en geschilderd, vooral hun ogen vind ik fantastisch mooi.
Één krijttekening heb ik aan haar gegeven en die vond ze zo geweldig dat ie nou ingelijst en wel in de keuken hangt, daar ben ik wel trots op.

Ze heeft me haar hele ezelfamilie voorgesteld en zo wist ik ook dat er rond Pasen het eerste veulentje geboren zou worden.
Ik ging regelmatig even langs en 2e Paasdag 's nachts was het zover. Dinsdagmorgen vroeg werd ik gebeld dat ik gelijk moest komen. 
Georg en Éva waren bezig om de navel van het kleintje te ontsmetten.


Moeder Lady en dochter staan bij te komen

Csillag

Veilig dicht bij mama blijven..


Vervolgens viel mij de grote eer te beurt om een naam voor de kleine meid te bedenken waarmee ik haar peettante zou worden.
Uiteindelijk is het Csillag (=ster in het Hongaars) geworden. Ze is een stevige meid en behoorlijk groot voor haar leeftijd en van een prachtige kleur grijs.
Van Éva moet ik nu veel langs komen, dan zal ze haar hele leven mij en mijn stem herkennen. Dus dat gaan we dan maar doen.

Ook de schapen zijn onwijs leuk, voornamelijk een ras met zwarte koppies. Enkelen hebben van die gedraaide hoorns, dat schijnt een ander ras te zijn.
Hier ook kleintjes bij de vleet. Overdag staan ze in de wei maar tegen vieren worden ze naar binnen gehaald om te eten, dan is het een gedrang van jewelste. Maar gelukkig gaat het altijd goed.

















En het leuke is: er komen nog 2 veulentjes aan!

April 2014: Tihany

Half april arriveerden onze eerste gasten van het seizoen en samen met hen hebben wij een uitstapje naar Tihany gemaakt. 
Ik was wel eens met de veerpont overgeweest van Szantód naar Tihany, maar had het dorpje en omgeving nog nooit goed bekeken. 
Het is zeker de moeite waard, vooral omdat wij buiten het hoofdseizoen er waren waardoor het nog niet zo druk was. 

Tihany is een klein schiereiland in het Balaton meer en een van de mooiste plekjes. In 1952 werd het het eerste natuurreservaat van Hongarije. Het eilandje is bezaaid met meer dan 100 geiserkegels die uit de vroegere warme bronnen ontstaan zijn. 
Niet ver van het dorpje liggen er twee bekkens, het Belsõ (binnenste) en het Kūlsõ (buitenste) meer.
Je kunt het eiland goed te voet en per fiets ontdekken, er lopen goed gemarkeerde paden. 

Het dorpje heeft een mooie kerk en vele winkeltjes met keramiek. 
Hieronder een foto-impressie.
Paprika-haz


Uitzicht vanaf de promenade

Traditioneel gemaakt rietdak

Benedictijner abdij

uitzicht over het Balatonmeer

Poppenmuseum

Rietdekkers aan het werk.

April 2014: Sultan's Trail










Begin april hebben Julius en ik de laatste delen van 'ons' deel van de Sultan's Trail gelopen: Het worden waarschijnlijk 4 etappes: De eerste etappe ging vanuit de B&B in Alsóhetény via Dombóvár en Jágonak  naar Tarrós. De foto is genomen in Dombóvár-Szölöhegy, en het kapelletje is gewijd aan St-Anna. Deze kapelletjes vind je veel in Hongarije, maar ook veel kleinere, overal langs de weg en in de velden.   






St-Anna Kapolná, Dombóvár-Szölöhegy



















veldpad tussen Jágonak en Vásárósdombó













De tweede etappe ging van Tarrós via Liget naar Magyarhertélend. Hier was goed de overgang te zien van het heuvellandschap naar de bosrijke Mecsek. Eind maart is het prachtig in de Mecsek, waar veel beuken groeien. Door de zure ondergrond komen hier veel bolletjes voor: voorjaarsanemoon, oxalis, daslook. Maar ook wilde kerstroos, primula en helmbloem.

Bij Tarrós omhoog

(nog) kaal beukenbos































De 3e etappe: Magyarhertélend - Tékeres - Orfü
Een prachtige tocht door het bos en langs de meren van Orfü. Ondanks dat het pas maart was, hadden wij prachtig weer en geen mens te zien. In deze tijd van het jaar wordt er volop daslook geplukt, voor eigen gebruik of verkoop op de markt.

Daslookplukkers aan het werk


Een van de schitterende meren bij Tékeres


4e etappe: Orfü - Pécs
Dit deel voert door de Mecsek en werd het behoorlijk stijgen, maar dat is zeer de moeite waard. Onderweg zijn er mooie uitzichtpunten en kwamen we via 'de IJzeren Poort' bij het Franse Monument uit, vanwaar we een prachtig uitzicht hadden op Pécs. De afstand is niet zo groot, zodat er nog voldoende tijd in Pécs overblijft om de stad te bekijken.
Uitzicht vanaf Francia Emlekül
















Uitzicht op Szechény Tér vanaf de moskee: eindpunt  bereikt.

April 2014: Pécs



Nu we wat langer hier wonen, komt er ook meer tijd om wat verder te kijken dan ons huis en onze tuin. Op een klein uurtje rijden bij ons vandaan ligt de mediterrane stad Pécs. Hieronder wat informatie over de stad en een foto-impressie.

Pécs is de hoofdstad van de provincie Baranya, in het zuiden van Transdanubië, aan de voet van het Mecsekgebergte.
Pécs was al in de Romeinse tijd van belang als verkeersknooppunt, was als Sopianis of Sopianiae hoofdstad van de Romeinse provincie Valeria. Ze was van de 9de eeuw tot de late middeleeuwen de grootste Hongaarse stad, had een bisschopszetel (sinds 1009) en was een belangrijk cultureel centrum. Ze stond wel bekend als Quinque Ecclesiae, naar de vijf grote kerken die de stad haar aanzien gaven. Nog steeds is de Duitse naam van de stad Fünfkirchen. Ze behoorde van 1541 tot 1687 tot het Osmaanse rijk en werd in 1780 tot koninklijke vrijstad verheven
Pécs is de vijfde stad van Hongarije. Het is een universiteitsstad met schitterende Domkerk. Bij de Dom worden opgravingen gedaan uit de Romeinse tijd. Deze opgravingen zijn te bezichtigen.
De stad heeft een prachtig oud centrum, dat elk jaar leuker wordt, want veel gebouwen en pleinen worden opgeknapt. Midden in het centrum staat de kerk van St Augustinus, voorheen een moskee. Dat is aan de bouw ook wel te zien.
Uit de Turkse tijd stammen enkele voormalige moskeeën, waarvan de Pasja Kasim Gasi-moskee wel de fraaiste is. Op de moskee van Pasja Hassan Jakovali in de Rákóczi út 2 verrijst een slanke, twaalfhoekige minaret, symbool van het best bewaard gebleven Turkse bouwwerk uit de 16de eeuw. De türbe van de Idris Baba, een achthoekige grafkapel op Nyár utca 8, staat in de tuin van het huidige kinderziekenhuis.
De stad Pécs was in 2010 cultureel hoofdstad van Europa. In dat jaar werd het Zsolnay Centre geopend.
Zsolnay (spreek uit: zolnai) is de naam van het prachtige porcelein wat vanaf eind 19e eeuw werd geproduceerd in de gelijknamige fabriek op dit terrein, waar nu het Centre is gevestigd.

Het was een echt familie- bedrijf en naast het porcelein werden ook ornamenten vervaardigd met speciale, door de fam. Zsolnay ontwikkelde technieken. Vele voorbeelden hiervan zijn te vinden in Budapest en natuurlijk ook in Pécs.
Het postkantoor, het huidige provinciehuis, het Színhaz en de Morenapotheek  zijn hele mooie voorbeelden van gebouwen met Zsolnay-ornamenten.  
Interessant is ook de vlooienmarkt op zondag. Dat is een rommelmarkt waar je werkelijk van alles kunt kopen, nieuw en gebruikt, alle soorten goederen, maar ook auto's, planten, dieren en ook kun je er Hollandse kaas kopen bij Klaas. Je kunt er makkelijk een dag doorbrengen.
En verder zijn er vele terrasjes, restaurantjes en leuke winkeltjes die Pécs maken tot een heerlijke stad om te bezoeken.
postkantoor, topgevel

putdeksel met de vijf torens

stukje oude stadsmuur

art nouveau-gevel

rommelmarkt

rommelmarkt

Domkerk

Moskee (2x)

Szechény Tér



Met dank aan Hans van Kalsbeek voor een deel van de foto's